Skip to main content

Verslaving begint al voor je geboorte

De eerste 1.000 dagen van een mensenleven, gerekend vanaf de conceptie tot het tweede levensjaar, worden steeds meer erkend als een kritieke periode die een langdurige invloed kan hebben op de gezondheid, ontwikkeling en zelfs de neiging tot verslaving gedurende de rest van iemands leven.

Zwangerschap en Vroege Invloeden:

Tijdens de zwangerschap zijn de ervaringen en emoties van de moeder van invloed op de zich ontwikkelende foetus. Als de moeder tijdens de zwangerschap psychische klachten heeft, zoals angst, depressie of stress, kan dit de hormonale en neurologische omgeving van de foetus beïnvloeden. De foetus kan worden blootgesteld aan verhoogde stresshormonen, zoals cortisol, wat de ontwikkeling van het stressresponsysteem kan beïnvloeden.

Kwetsbaarheid voor Psychische Problemen:

Wanneer een kind wordt geboren in een omgeving waarin er al genetische aanleg is voor psychische problemen en de omgeving ook nog eens beladen is met stress en trauma, kan dit de kwetsbaarheid vergroten. Het stressresponsysteem van het kind kan al vroeg overgevoelig worden gemaakt, wat betekent dat het kind sneller en sterker reageert op stressvolle situaties. Dit kan het risico op het ontwikkelen van psychische problemen, zoals angststoornissen, depressie en zelfs verslaving, vergroten.

Cortisol en Verslaving:

Cortisol is het belangrijkste stresshormoon dat het lichaam aanmaakt als reactie op stressvolle situaties. Langdurige blootstelling aan verhoogde cortisolniveaus kan het stresssysteem ontregelen en de gevoeligheid voor verslavingsgedrag vergroten. Verhoogde stressniveaus en verstoring van het stresssysteem kunnen een rol spelen bij het ontwikkelen van verslaving op latere leeftijd.

Vroege Ontwikkeling en Hersenvorming:

Tijdens de eerste 1.000 dagen ondergaat de ontwikkeling van een foetus en baby een buitengewone groei en differentiatie, vooral in de hersenen. De kwaliteit van voeding, zorg, emotionele steun en omgevingsinvloeden tijdens deze periode kan aanzienlijke en langdurige gevolgen hebben voor het brein en het gedrag.

Epigenetica en Neurologische Programmering:

Epigenetica verwijst naar veranderingen in genexpressie die optreden zonder veranderingen in het DNA zelf. Tijdens de eerste 1.000 dagen kunnen omgevingsinvloeden, zoals voeding, stress en blootstelling aan toxische stoffen, epigenetische veranderingen veroorzaken die invloed hebben op hoe genen worden ‘aangezet’ en ‘uitgezet’. Deze veranderingen kunnen van invloed zijn op de manier waarop iemands hersenen zich vormen en op de reactie van het brein op beloningen, risico’s en stress, wat de gevoeligheid voor verslavingsgedrag kan beïnvloeden.

Beloningspaden en Verslavingsgedrag:

De hersengebieden die betrokken zijn bij beloning en motivatie, zoals het ventrale tegmentale gebied en de nucleus accumbens, dopaminesysteem en is onderdeel van het beloningssysteem van de hersenen, beginnen zich vroeg in het leven te ontwikkelen. Onze hersenen hebben bepaalde gebieden die te maken hebben met dingen waarvan we genieten en die ons motiveren. Deze gebieden beginnen zich al vroeg in ons leven te ontwikkelen, vooral tijdens de eerste 1.000 dagen na onze geboorte. Wat er tijdens deze periode gebeurt, kan invloed hebben op hoe deze gebieden in onze hersenen bedraad zijn en hoe gevoelig ze zijn voor beloningen.

Stel je voor dat deze beloningsgebieden in je hersenen als een soort schakelaar werken. Als deze schakelaar te gevoelig is, betekent dit dat je meer kans hebt om dingen leuk te vinden die belonend zijn, zoals het gevoel van genot dat je krijgt wanneer je iets goeds doet. Dit kan geweldig zijn als het gaat om positieve dingen, zoals het genieten van een lekker eten of het gevoel van succes na het behalen van een doel.

Maar er is ook een keerzijde. Als deze schakelaar te gevoelig is, kan dit betekenen dat je ook gevoeliger bent voor dingen die verslavend kunnen zijn, zoals drugs, alcohol of andere riskante gedragingen. Het maakt het gemakkelijker voor je om aangetrokken te worden tot deze dingen en er moeilijk mee te stoppen als je er eenmaal mee begonnen bent.

Stressreactie en Coping:

De eerste 1.000 dagen kunnen ook de basis leggen voor iemands vermogen om stress te verwerken en ermee om te gaan. Als een kind wordt blootgesteld aan langdurige stress, kan dit leiden tot negatieve aanpassingen in het stressresponsysteem, zoals een overactieve reactie op stressvolle situaties. Dit kan bijdragen aan de neiging om stress te vermijden of te verdoven, wat verslavingsgedrag kan bevorderen.

Prenatale Invloeden:

De omgeving waarin een foetus zich ontwikkelt, heeft ook invloed op latere verslavingsgevoeligheid. Als een zwangere moeder bijvoorbeeld tabak, alcohol of drugs gebruikt, kan dit de ontwikkeling van de hersenen en andere organen van de foetus beïnvloeden, wat het risico op latere verslavingsproblemen kan vergroten.

Kortom, de eerste 1.000 dagen van een mensenleven zijn een cruciale periode waarin de omgeving en ervaringen de neurologische, epigenetische en emotionele fundamenten leggen voor hoe iemand reageert op beloningen, stress en risicovolle situaties. Als deze fundamenten tijdens deze vroege periode worden verstoord, kan dit de neiging tot verslavingsgedrag later in het leven vergroten.